Holländisch (Fach) / Woordenlijst 4 (Lektion)

In dieser Lektion befinden sich 90 Karteikarten

de meest frequente woorden 526 - 666

Diese Lektion wurde von moritzcm erstellt.

Lektion lernen

  • de waarde Wert
  • het paard Pferd
  • bijna beinahe
  • ergens irgendwo
  • vreemd fremd, komisch, seltsam
  • schieten (heb geschoten) schießen (perfectum)
  • het getal Zahl
  • ontdekken (heb ontdekt) entdecken (perfectum)
  • het gesprek Gespräch
  • de mate Maß, Ausmaß
  • de indruk Eindruck
  • neer nieder
  • sterven (heb gestorven) sterben (perfectum)
  • de aarde Erde
  • het glas Glas
  • onmiddellijk sofort, unmittelbar
  • de werkelijkheid Wirklichkeit
  • het eind Schluss, Ende
  • de ruimte Raum, Platz
  • de taak Aufgabe
  • de moeite Mühe, Aufwand
  • de verandering Veränderung
  • het geluid Geräusch, Schall
  • duren (heeft geduurd) dauern
  • de betrekking Beziehung / Stelle, Posten
  • het gedrag Verhalten, Benehmen
  • de zee Meer, See (wie in Nordsee)
  • indien wenn, falls
  • bewust bewusst
  • de raad Empfehlung, Rat
  • namelijk nämlich
  • de regel Regel
  • groeien wachsen
  • voordat bevor, ehe
  • min of meer mehr oder weniger
  • het dorp Dorf
  • gelijk gleich
  • beschrijven beschreiben
  • de geschiedenis Geschichte
  • vanaf ab, seit
  • koud kalt
  • de kop Tasse / Kopf
  • voldoende genügend, ausreichend
  • overal überall
  • ernstig ernst, ernsthaft
  • nogal ziemlich
  • overigens übrigens
  • erop darauf
  • de aard Art, Natur
  • de omstandigheid Umstand