Niederländisch (Subject) / Tussenstop 3 (Lesson)

There are 20 cards in this lesson

Tussenstop 3

This lesson was created by kelric.

Learn lesson

  • schwimmen / schwamm / ist geschwommen zwemmen / zwom / is gezwommen
  • der Sonnenbrand de zonnebrand
  • die Zahnbürste/n de tandenborstel/s
  • der Koffer de koffer
  • die Adresse/n het adres / de adressen
  • die Pantoffeln de slippers
  • der Flughafen / der Flugplatz het vliegveld
  • südlich zuidelijk
  • der Norden het noorden
  • der Osten het oosten
  • der Süden de zuid / het zuiden
  • der Westen het westen
  • das Gesicht het gezicht
  • der Berg de berg
  • wandern / wanderte / ist gewandert wandelen / wandelde / is gewandeld
  • die See / das Meer de zee
  • gemeinsam samen
  • der Ärmel de mouw
  • abrechnen / rechnete ab / hat abgerechnet (auch bezahlen) afrekenen / rekende af / heeft afgerekend
  • der Zwieback de beschuit