Niederländisch (Subject) / Op naar de eindstreep (Lesson)

There are 26 cards in this lesson

wat de boer niet kent S.295 II

This lesson was created by hzimmer.

Learn lesson

  • charmeur, charmeurs Charmeur, hier: Verführer
  • clientèle---- geen meervoud Kundschaft, Klientel
  • doorgaans normalerweise
  • doornemen, nam door, doorgenomen durchnehmen
  • doorstaan, doorstond, doorstaan aushalten, durchstehen
  • enerzijds einerseits
  • geneid zijn geneigt sein
  • gerenommeerd anerkannt
  • getogen aufwachsen
  • getigtschrift het, getuigschriften Zeugnis
  • gierig geizig
  • hardnekkig hartnäckig
  • hoogopgeleid, hoogopgeleiden Hochqualifizierte(r), Person mit hohem Ausbildungsniveau
  • instelling, instellingen Haltung, Einstellung
  • kam ( over één scheren) alles/alle in einen Topf/auf einen Haufen werfen
  • Kamerlid het, Kamerleden Parlamentarier
  • kandidaat, kandidaten Kandidat, Bewerber
  • kinderopvang, kinderopvangen Kinderbetreuung
  • kletskous, kletskousen Schwätzer
  • kwestie,kwesties Problem, Angelegenheit
  • kruisverhoor het, kruisverhoren Kreuzverhör
  • lastig schwierig, kompliziert
  • leiden tot, leidde tot, geleid tot führen zu, verursachen
  • maatschappij, maatschappijen Gesellschaft
  • mantelpak het, mantelpakken Kostüm
  • misverstand het, misverstanden Missverständnis