Niederländisch (Subject) / mündliche Prüfung (Lesson)

There are 147 cards in this lesson

yeah

This lesson was created by beccis.

Learn lesson

This lesson is not released for learning.

  • Territorialitätprinzip het territorialiteitsbeginsel
  • separat / getrennt afzonderlijk
  • Gebiet de streek
  • sprachliche Sonderregelung faciliteiten(gemeenten)
  • Bezirk het gewest
  • Zuständigkeit de bevoegdheid
  • Überheblichkeit de verwaandheid
  • verteilen spreiden
  • (Lärm)belästigung de (geluids)overlast
  • in Bezug auf met betrekking tot
  • Krawall de rel
  • schlichten sussen
  • Presse de pers
  • Führung / Leitung het bestuur
  • zwar weliswaar
  • obere Schicht bovenlaag
  • Ehe het huwelijk
  • Vorfall het incident
  • Einverständnis de goedkeuring
  • Vereinigung de fusie
  • Auffangbecken, die verhindern, dass Wasser zu den Häusern fließt de polder
  • entwässern droogmalen
  • Flutstand het vloetpeil ( NAP Nieuw Amsterdams Peil )
  • Meeresspiegel de zeespiegel
  • Katastrophe de ramp
  • Sturmflutwehr stormvloedkering
  • genügend voldoend
  • Glaube het geloof
  • Sumpfgebiet het moerasgebied
  • Deich de dijk
  • ertrinken verdrinken
  • Rettung de redding
  • Luft de lucht
  • Anziehungskraft de aantrekkingskracht
  • Überflutung de overstroming
  • Sicherheitsmaßnahmen de veiligheidsmaatregelen
  • Treibhauseffekt het broeikaseffect
  • Nahrung het voedsel
  • Sandbank de plaat
  • Wellen de deining
  • Steg de steiger
  • Pfeiler de pilaar
  • beschäftigen bezighouden
  • auf etwas Rücksicht nehmen rekening houden met
  • Leistung de prestatie
  • persönliche Sachen spullen
  • Beschränkung de beperking
  • Geschicklichkeiten de vaardigheid
  • gefühlsbetont affectief
  • Jugendalter de adolescentie