Niederländisch (Fach) / Kind 44 Teil 2 (Lektion)
In dieser Lektion befinden sich 93 Karteikarten
Vokabeln aus dem Buch
Diese Lektion wurde von Albershof erstellt.
Diese Lektion ist leider nicht zum lernen freigegeben.
- geintimideerd eingeschüchtert
- piekeren Sorge
- vloerdelen Bodendielen
- buizen Schläuche
- superieuren Vorgesetzte
- de mop der Witz
- vrezen Angst
- vaag geheugen vage Erinnerung
- flats wohnungen
- nachtmode Nachtwäsche
- conclusie Schlussfolgerung
- niet in het geweer komen nicht auf die Barrikaden
- onthouden merken
- onuitgesproken dreiging unausgesprochene Bedrohung
- voorwendde vorgetäuscht
- minder toegewijd lijken weniger engagiert erschienen
- vanwege wegen
- hervat Lebensläufe
- velletjes Blätter
- vertoonde zeigten / aufzeigen / wies auf
- leemten Lücken
- geheugen Gedächtnis
- redevoeringen Reden
- wat nog verergerd was was noch weiter verschlimmert wurde
- verergerd schlechter
- slecht geheugen Gedächtnisschwäche
- een deugd eine Tugend
- rolmodel Vorbild
- het was van belang dat de zaken in de juiste verhouding ... war es wichtig, die Dinge im richtigen Verhältnis zu sehen
- om een bres te slaan eine Bresche zu schlagen
- ontwenningsverschijnsel Entzugserscheinungen
- en in bepaalde kringen und in gewissen Kreisen
- gevergd erwartet
- feit Tatsache
- oneerbiedig respektlos
- uitbundig geprezen überschwänglich gelobt
- belofte Versprechen
- instandhouding Erhaltung
- ticker tape Laufschriften
- cipiers Wächter
- morsten verschüttete
- ledematen Gliedmaßen
- elkaar miteinander