Holländisch (Fach) / A1a Capter 16 (Lektion)
In dieser Lektion befinden sich 44 Karteikarten
Woorden van de boek Nederlands in Gang
Diese Lektion wurde von moritzcm erstellt.
- de zin Satz
- volwassen erwachsen
- Val ik je lastig? Störe ich dich?
- Komt het uit? Komt het uit dat we nu dit gaan bespreken? Passt es dir gerade? Passt es, wenn wir das jetzt besprechen?
- De lucht ruikt muf. Die Luft richt muffig.
- Moet je eens zien hoe hard het regnet! Schau mal, wie stark es regnet!
- boerderij Bauernhof
- de sloot Graben
- verboden verboten
- toegestaan erlaubt
- mankeren fehlen
- de caissiere Kassierer
- reserveren reservieren
- de voorstelling Vorstellung
- wat stom wie dumm
- verkeerd falsch
-
- is al bezig hat angefangen
- missen verpassen
- draaien drehen (Film)
- de zomerhitte Sommerhitze
- de hitte Hitze
- naar een verhaal van basierend auf einer Geschichte von
- de natuur-documentaire Natur-Dokumentation
- de ondertitels Untertitel
- de rang Rang / Klasse
- het plezier Vergnügen
- het verslag Bericht, Protokol, Report
- nauwelijks kaum
- naar iets benieuwd zijn auf etw. neugierig sein
- duizend tausend
- flink kräftig, stattlich
- de afname Abnahme
-
- optellen addieren, zusammenrechnen
- ten opzichte van bezüglich, gegenüber
- stevig kräftig, tüchtig
- op te hoogte brengen benachrichtigen, auf die Höhe bringen
- de factuur Rechnung
- waarschuwen warnen, benachrichtigen
- de opheffing Aufhebung, Abschaffung
- beperken einschränken, limitieren
- evenal genauso wie, ebenso wie
- aftrekken abziehen
- ervan davon
- nuttig nützlich