Niederländisch (Fach) / Op naar de eindstreep (Lektion)
In dieser Lektion befinden sich 27 Karteikarten
criminaliteit S.98
Diese Lektion wurde von hzimmer erstellt.
- pas erst
- raken,raakte geraakt berühren, treffen
- rollen,rolde,gerold (be)klauen,(be)stehlen
- schaal (op grote) im großen Umfang
- schetsen, schetste,geschetst darstellen, skizzieren
- signalement het, signalementen Personenbeschreibung, Steckbrief
- slachtoffer het, slachtoffers Opfer, Verunfalte(r)
- spoed Eile
- steek (in de laten) im Stich lassen
- steun zoeken Hilfe suchen
- stichting, stichtingen Stiftung
- stom dumm, doof, blöd
- straatroof, straatroven Straßenraub
- tegenhouden, hield tegen, tegengehouden aufhalten, anhalten, stoppen
- uiteenzetten, zette uiteen, uiteengezet darlegen, erörtern
- vechtpartij, vechtpartijen Schlägerei
- veiligheid (in brengen) in Sicherheit bringen
- verdachte, verdachten Verdächtige(r)
- verkrachten, verkrachtte, verkracht vergewaltigen
- vermoorden, vermoordde, vermoord ermorden
- volledig völlig, vollständig
- vooruitzicht het, vooruitzichten Aussicht
- vreselijk schrecklich, furchtbar
- wanhoopsdaad, wanhoopsdaden Verzweiflungstat
- wegcijferen,cijferde weg, weggecijferd ignorieren
- zeifmoordpoging, zelfmoordpogingen Selbstmordversuch
- verzetten, verzette, verzet (zich tegen) sich wehren gegen