Niederländisch (Fach) / Niederländisch Lektion 12 (Lektion)
In dieser Lektion befinden sich 119 Karteikarten
Vokabeln Lektion 12
Diese Lektion wurde von MrToobsen erstellt.
- wohnen wonen http://verben.woxikon.de/verbformen-niederlaendisch/wonen.php
- Möbel de meubels
- Lampe de lamp
- Bücherschrank de boekenkast
- Schreibtisch het bureau
- bequemer Stuhl makkelijke stoel
- Teppich het vloerkleed
- Beistelltisch het bijzettafeltje
- früher vroeger
- Land het platteland
- zu viert met z´n vieren
- Tagebuch het dagboek
- Großeltern de grootouders
- Deich de dijk
- Wärme de warmte
- Kohlenofen de kolenkachel
- verbreiten verspreiden http://verben.woxikon.de/verbformen-niederlaendisch/verspreiden.php
- altmodisch ouderwets
- Küchenherd het fornuis
- oben, darüber daarboven
- Westen west
- Osten oost
- schlafen slapen http://verben.woxikon.de/verbformen-niederlaendisch/slapen.php
- wohnen, übernachten logeren http://verben.woxikon.de/verbformen-niederlaendisch/logeren.php
- sich erinnern zich herinneren http://verben.woxikon.de/verbformen-niederlaendisch/herinneren.php
- hintenrum achterom
- Hintertür de achterduer
- warm warm
- Ofen de kachel
- vom Vater vaders
- Sessel de fauteuil
- spannend spannend
- Gemälde het schilderij
- Vorort de buitenwijk
- Bücherregal de boekenplank
- Tier het dier
- Geschichte hert verhaal
- Plätzchen het plekje
- sich trauen durven http://verben.woxikon.de/verbformen-niederlaendisch/durven.php
- zonnig sonnig
- Sonne de zon
- scheinen schijnen http://verben.woxikon.de/verbformen-niederlaendisch/schijnen.php
- regnerisch regenachtig
- windisch winderig
- stürmisch stormachtig
- bewölkt bewolkt
- Wolke de wolk
- nebelig mistig
- Nebel de mist
- klar, heiter helder